Prospectus

nl en

Bachelor Project Politicologie 2022-2023

Course
2022-2023

Ingangseisen

Deelname aan het Bachelorproject is slechts toegestaan wanneer de propedeuse is behaald en ten minste 40 EC van het tweede jaar zijn behaald met inbegrip van het studieonderdeel Methoden en Technieken van Politicologisch Onderzoek. Het succesvol afronden van de cursus Academische Vaardigheden: Onderzoeksonderwerp is vanaf 2019-2020 een ingangseis voor het Bachelorproject.

Bachelor Project Informatiebijeenkomsten Leiden

Semester I: De informatiebijeenkomst vindt plaats op vrijdag 20 mei 2022, 10:00-12:00 uur in PDLC 0A28.
Studenten worden per mail uitgenodigd voor de bijeenkomst.

Semester II: De informatiebijeenkomst vindt ONLINE plaats op Dinsdag 29 november, 15.15-17.00 uur.
Studenten worden per mail uitgenodigd voor de bijeenkomst.

Inschrijving Bachelor Project

Semester I: De informatie over de Bachelor Projecten in semester I wordt digitaal verspreid in Mei.

Semester II: Inschrijving vindt plaats via een online formulier. Studenten ontvangen de weblink op hun uMail op maandag 12 december en hebben t/m zondag 8 januari 2023 de gelegenheid hun voorkeuren door te geven.
Neem voor vragen over de inschrijving contact op met het OSC via osc@leiden.edu.

Taal

De scriptie voor de afstudeerrichting Politicologie wordt in principe in het Nederlands geschreven, tenzij anders aangegeven.

Literatuur

Halperin, S. & Heath, O. (2017) 'Political research: Methods and practical skills' - Oxford University Press, wordt bekend verondersteld. De overige literatuur wordt vermeld op de Brightspace pagina van elk Bachelor Project.

Omschrijving

Doel 1: Het leren toepassen van concepten, theorieën en methoden in een onderzoek binnen een van te voren door de docenten geformuleerd kader;
Doel 2: Het uitvoeren van en rapporteren over een beperkt empirisch of literatuur onderzoek
Inhoud: Het bachelorproject is een cursus die inhoudelijke instructie biedt, gevolgd door een onderzoeksdeel waarbinnen studenten een individueel onderzoek uitvoeren. Verschillende projecten worden aangeboden, gestructureerd rond verschillende thema's. Studenten volgen eerst een aantal weken inhoudelijk onderwijs waarbij ze hun kennis over een bepaald onderwerp binnen een deelgebied van de politicologie verdiepen. Daarna leren studenten een onderzoeksvraag te formuleren, onderzoek te ontwerpen om die vraag te beantwoorden, eigen onderzoek uit te voeren en correct en duidelijk over dat onderzoek te rapporteren.

Het eindrapport - de bachelorscriptie - rondt de bachelor Politieke wetenschappen af. De scriptie is een individuele eindwerkstuk gebaseerd op althans deels eigen onderzoek.

Toetsing

Studenten slagen of zakken voor het gehele Bachelorproject (16 weken). Studenten dienen voor beide delen van het Bachelorproject een voldoende resultaat te behalen om de 20 studiepunten of EC te kunnen ontvangen.

  • De opdrachten die tijdens het eerste, inhoudelijke deel van het Bachelorproject worden gemaakt (week 1-6) leveren gezamenlijk een eerste deelcijfer op. Dit deelcijfer telt voor 40% mee in de bepaling van het eindcijfer. Afronding vindt plaats op 1 decimaal en dit onderdeel is behaald vanaf een 5,5.

  • De volledige thesis die tijdens het tweede, onderzoeksdeel van het bachelorproject wordt geschreven (week 7-16) levert een tweede deelcijfer op. Dit deelcijfer telt voor 60% mee in de bepaling van het eindcijfer. Afronding vindt plaats op halve punten en dit onderdeel is behaald vanaf een 6,0.

Eindprodukt:

Een scriptie van 7.000-8.000 woorden. Dit is de daadwerkelijk vereiste lengte van de thesis. Dus niet 7.000-8.000 woorden plus/min 10%. Wat betreft het woordenaantal: Alles van de inleiding tot de conclusie telt (zoals geregistreerd door MS Word). De volgende elementen tellen niet mee: voorpagina, abstract, inhoudsopgave en referentielijst. Wat betreft de abstract en inhoudsopgave: deze zijn optioneel.

Deadlines:

BAP semester 1: Vrijdag 23 december 2022, 17:00 uur.
BAP semester 2: Vrijdag 26 mei 2023, 17:00 uur.

Studenten die een onvoldoende halen voor hun thesis – en dus het volledige bachelor project niet met goed gevolg afsluiten – hebben het recht om hun thesis te verbeteren en opnieuw in te dienen. Dit doen zij op basis van de feedback die zij van hun thesisbegeleider ontvangen tijdens een speciaal daarvoor geplande bijeenkomst. Studenten hebben geen recht op verdere begeleiding. De deadlines voor het herindienen van de thesis zijn:

BAP semester 1: Vrijdag 10 februari, 2023, 17:00 uur.
BAP semester 2: Maandag 10 juli, 2023, 17:00 uur.

Hier zijn twee belangrijke voorwaarden aan verbonden:

  • Studenten hebben niet het recht om een thesis voor de tweede maal in te dienen als hun eerste poging een voldoende heeft opgeleverd.

  • Studenten hebben niet het recht om een thesis voor de tweede maal in te dienen als zij geen volledige versie van hun thesis hebben ingediend tijdens hun eerste poging (Zie Regels en Richtlijnen Examencommissie, art. 4.8.2).

Leids scriptie-repositorium

Goedgekeurde scripties worden bewaard in het Leids bachelor-scriptierepositorium na de afronding van uw Bachelorproject. U dient daarvoor een verklaring te ondertekenen.

Bachelorproject thema’s:

Semester I

01: Nederlandse Politiek: Verkiezingen en Kiesgedrag - (M. Nagtzaam)
Het verleden is niet meer. In dat verleden – zeg: de eerste decennia na de Tweede Wereldoorlog - was het relatief eenvoudig om het electorale gedrag (in het bijzonder bij Tweede Kamerverkiezingen) van Nederlandse kiesgerechtigde burgers te voorspellen of verklaren. Bij de aanwezigheid van een opkomstplicht was de keuze om de gang naar het stemlokaal te maken vooraf en extern bepaald, en daarmee nauwelijks een individuele keuze. En in dat stemlokaal gaf het overgrote deel van het electoraat uitdrukking aan de eigen groepsidentiteit. De verzuiling die op tal van wijzen vorm gaf aan Nederland als land van minderheden betekende dat bij verkiezingen de partijkeuze voor velen evenmin een echte keuze was, maar feitelijk vooral een manifestatie was van een door primair religie en secundair sociaaleconomische positie getekende, min of meer stabiele maatschappelijke (en politieke) segmentatie. Zoals gezegd: die tijd is voorbij, en o voorgoed voorbij. In de laatste decennia van de 20e en zo mogelijk meer nog in de eerste decennia van de 21e eeuw is de Nederlandse kiesgerechtigde daadwerkelijk gaan kiezen. Om, na afschaffing van de opkomstplicht, al dan niet te gaan stemmen. En om vervolgens in het stemlokaal daadwerkelijk te kiezen, vaak op een laat moment, uit het in Nederland ruime aanbod van politieke partijen of kandidatenlijsten.

De aanzienlijk toegenomen beweeglijkheid of volatiliteit van de Nederlandse kiezer maakt het even lastig als boeiend om zijn of haar electorale gedrag en uiteindelijke partijkeuze te proberen te begrijpen en verklaren. Spelen lange-termijn factoren (toch nog) een rol, zoals sociaal-demografische positie, ideologie en religie, en zo ja, hoe werkt dat dan bij wie en hoe groot is die rol? Of moeten we voor het betere begrip voor het gedrag van de eigentijdse kiezer veeleer korte-termijnfactoren in de verklaring opnemen, zoals campagne-effecten, de beoordeling van gevoerd (economisch) beleid, de evaluatie en waardering van de individuele politicus als persoon, of strategische overwegingen die minder de samenstelling van de te kiezen volksvertegenwoordiging maar eigenlijk van een volgend kabinet in ogenschouw nemen? In het bachelorproject ‘Nederlandse Politiek: Verkiezingen en kiesgedrag’ gaan we op zoek naar antwoorden op deze en verwante vragen met betrekking tot verkiezingen, kiezers en electoraal gedrag in Nederland.

Onderwijsvormen

Plenaire bijeenkomsten, (individuele) spreekuur- of inloopbijeenkomsten, bibliotheekinstructie, en (bovenal!) zelfstudie en zelfwerkzaamheid.

Bibliotheek instructie

Informatie over de digitale module Bibliotheekinstructie zal beschikbaar worden gesteld via Brightspace.

Studiematerialen

Met het bachelorproject wordt de driejarige bacheloropleiding Politicologie afgerond. Dat houdt in, dat in eerdere jaren en reeds gevolgde vakken opgedane kennis bekend wordt verondersteld (of althans op eenvoudige wijze door zelfstudie kan worden ‘opgefrist’). Voor dit bachelorproject gaat het dan in het bijzonder om de kennis die is verworven in de inleidende vakken Nationale Politiek, Methoden en Technieken van Onderzoek, Statistiek en Politieke Psychologie.
Specifiek ter voorbereiding van het bachelorproject dient het volgende rapport te zijn bestudeerd: Sipma, T., Lubbers, M., Van der Meer, T., Spierings, N., Jacobs, K. (Eds.) (2021). Versplinterde Vertegenwoordiging. Stichting KiezersOnderzoek Nederland (SKON).

Semester II

02: Democratietheorie - (H. Oversloot)
Wat wij democratie noemen is, volgens een klassiek-Griekse opvatting, op zijn best een gemengde staatsvorm met enige democratische elementen. De rechtsstaat: men kan eraan gehecht zijn, maar de rechtsstaat kan ook worden gezien als een beperking van de democratie. (De (opkomende) democratie is in de negentiende eeuw ook wel gezien als een bedreiging van de rechtsstaat. Zonder rechtsstatelijke beperking en machtenscheiding rest een illiberal democracy, de tirannie van of namens de meerderheid, zeggen sommigen thans.
Is het bereik van de wet door hogere principes beperkt, ook als de wet op de meest democratische wijze tot stand komt? Welke zijn die hogere principes dan? ‘Hoeveel’ democratie is nodig om van een ‘echte’ democratie te kunnen spreken? Hoe plooibaar is het begrip? Als men het houden van verkiezingen voor het vervullende van staatsambten niet als een oligarchisch element in de staatsorganisatie beschouwt, maar, in tegendeel, als de manier waarop democratie in ‘de moderne tijd’ gestalte wordt gegeven, welke staatsambten moeten dan verkiesbaar zijn om van een democratie te kunnen spreken? En als democratie samengaat met – en uitdrukking moet geven aan – de politieke gelijkheid van (volwassen) leden van de politieke gemeenschap, hoe ongelijk mag het ‘feitelijke gewicht’ van de individuele stemmen dan zijn? Hoe ongelijk mag de feitelijke politieke invloed van individuen zijn? Is democratie wel mogelijk in een staat met een zeer grote vermogens- en inkomensongelijkheid? Veronderstelt democratie een gedeelde cultuur? De moderne democratie heeft gestalte gekregen binnen statelijk verband. Is democratie ook voorstelbaar in een ‘bovenstatelijke’ orde als de EU? Zijn daarvoor institutionele en/of andere veranderingen nodig? Welke? Als de EU te groot en (nog) te politiek en cultureel divers is om een democratie te kunnen vormen: kan een politieke gemeenschap ook te klein zijn voor een democratische rechtsstaat? Waarom is in sommige landen de postcommunistische overgang naar een democratische rechtsstaat wel succesvol verlopen en in andere niet? Is die overgang naar een democratische rechtsstaat voor eeuwig, of is een ‘terugslag’ denkbaar?
Voor uw poging om een antwoord te geven op een van deze of ‘soortgelijke’ vragen, sommige van politiek-filosofische, andere van meer empirische aard, is ruimte in dit Bachelor-project.

In het Bachelor-programma is er slechts een beperkt aanbod van cursussen geweest op het terrein van de politieke filosofie/theorie. U dient in elk geval de tweedejaarscursus “Geschiedenis van de Politieke Filosofie” met succes te hebben afgerond.

POL studenten kunnen ook inschrijven voor het BAP IP #4 en #5:
04: External Relations of the European Union - (K. Pomorska)
What is the role of the European Union in the world? How do national foreign policies relate to the EU’s foreign policy? Are member states still able to conduct their own ‘sovereign’ foreign policy? The European Union has by now been broadly acknowledged as an international actor, even though an unusual one. There is no ‘government’, which could define the ‘national interest’ and make executive decisions about the policy goals. Instead, we have a complex institutional set-up, based on a compromise and agreement from all 27 member states. As far as the EU’s strong position in the area of trade or development is rarely questioned, it is still believed to be “punching below its weight” in foreign and security policies.

In this project, we will study the foreign policy and, more broadly understood external relations, of the European Union and its member states. Students will be able to choose an area of their interest, e.g. policy towards the United States, Russia or China; or to focus on studying particular instruments of EU’s foreign policy, like sanctions. We will investigate the process in which the European position is established and the circumstances under which EU member states are able to speak with one voice and when is it difficult to agree on a common goal. Students may also consider how the policy coordination impacts effectiveness. In the second part of the course, the students will focus on their individual research projects and write a thesis on the topic identified earlier in the course.

05: Accountability for Human Rights Violations - (G. Macaj)
States have created and assumed wide-ranging and increasingly demanding human rights obligations over the last century. Yet they have so far failed to set up effective mechanisms to enforce them. Impunity for massive violations of basic universal rights remains rampant, despite relentless efforts by state and non-state actors to hold perpetrators to account. It is these efforts that form the subject matter of this seminar.

We explore theoretically and empirically international efforts to end impunity for serious violations of human rights globally. We begin by addressing basic questions of who is accountable (e.g., individuals, states, non-state actors), for what kind of violations (e.g., war crimes, crimes against humanity), and by whom and with what means (e.g., courts, tribunals, truth commissions, universal jurisdiction, sanctions, and military interventions). We will then consider cases of action against impunity in relation to gross violations of a general character (e.g., torture, forced labour, aggression) and in specific countries (e.g., Syria, Ukraine). The aim of this exercise is to investigate whether and to what extent international efforts to fight impunity for gross violations produce tangible results for the aggrieved.

The study of human rights is multidisciplinary in character and whilst this is a political science seminar, insights from other disciplines will also be considered. Ideally, we should aim to include all forms of knowledge that help answer pertinent questions to produce valuable knowledge. Research questions will also determine the research methods used to answer them, including both qualitative and quantitative methods, but preference is given to comparative research.

By the end of this seminar, students should have obtained:
a) a good grasp of key concepts, issues, and debates on the possibility of accountably for human rights violations;
b) a critical understanding of theoretical and empirical aspects of research in the field of human rights;
c) basic skills to conduct theoretically informed empirical research projects.

Indicative reading
Sikkink, Kathryn (2011) The Justice Cascade: How Human Rights Prosecutions Are Changing World Politics. New York: W.W. Norton & Company.

Engle, K., Miller, Z., & Davis, D. (Eds.). (2016). Anti-Impunity and the Human Rights Agenda. Cambridge: Cambridge University Press.

Teitel, Ruti (2011) Humanity's Law. Oxford: Oxford University Press.

Clapham, Andrew (2006) Human Rights Obligations of Non-State Actors. Oxford: Oxford University Press.

Onderwijsvormen

Werkgroep bijeenkomsten, inloopspreekuur, individuele afspraken, zelfstudie.

Verplichte literatuur eerste blok

J.-J. Rousseau, Du contrat social. Verschillende uitgaven, ook in Engelse en Nederlandse vertaling.
Amy Gutmann & Dennis Thompson, Why Deliberative Democracy?, Princeton U.P. Princeton (N.J.) 2004.
J.S. Mill, On Liberty. Verschillende uitgaven.
J.S. Mill, Considerations on Representative Government.
Hanna Pitkin, The Concept of Representation, University of California Press, Berkeley 1967). ISBN 9780520021563

Literatuur verder ter oriëntatie op tweede blok

Robert A. Dahl & Bruce Stinebrickner, Modern Political Analysis, Prentice-Hall, Englewood Cliffs, 6th rev. ed. 2003 (1963).
Philip Pettit, Republicanism. A Theory of Freedom and Government, Clarendon Press, Oxford etc. 1997.
Lage drempels, hoge dijken. De democratie en rechtsstaat in balans. Eindrapport van de staatscommissie parlementair stelsel, Boom, Amsterdam 2018.

Een selectie van onderwerpen van Bachelor scripties – niet de precieze titels – die de afgelopen jaren in de het Bachelor project “Democratietheorie” in scriptie-vorm zijn behandeld vindt u hieronder. Ze brengen u misschien op een idee:

  • Voor of tegen het behoud van een al dan niet verbeterde Eerste Kamer

  • Niet-electorale politieke vertegenwoordiging

  • De ideeën van Friedrich Hayek over politieke orde en de plaats daarin voor democratie

  • Belangengroepen-activisme in de Europese Unie als vorm van democratie

  • De (on)wenselijkheid van referenda

  • Het Johnson Amendement en de financiering van verkiezingen in de USA

  • Procedurele multiculturele democratie

  • De gekozen burgemeester

  • Over intergemeentelijke samenwerking en lokale democratie

  • Democratische controle en Zelfstandige Bestuurs Organen

Onderwijsvormen

Plenaire bijeenkomsten, (individuele) spreekuur- of inloopbijeenkomsten, bibliotheekinstructie, en (bovenal!) zelfstudie en zelfwerkzaamheid.

Rooster

Zie 'MyTimetable'