Toegangseisen
nvt
Beschrijving
De overgang van leven als Bachelorstudent naar het leven als coassistent is een keerpunt in je medische carrière en persoonlijk leven. Het doel van het Introductiecoschap (afgekort: ICO) is om je goed voor te bereiden op de start van de Master geneeskunde, zodat je je tijdens de Master kan gaan ontwikkelen van coassistent naar beginnend arts, en bij te dragen aan patiëntenzorg.
De focus ligt op consultvoering, communicatievaardigheden, klinisch redeneren en professioneel gedrag. Gedurende 3 weken worden jullie begeleid door 1 of 2 tutoren (arts-docenten) en door 1 of 2 monitoren (een psycholoog die o.a. werkgroepen over communicatievaardigheden begeleid en tevens begeleid bij sessies consultvoering met simulatiepatiënten).
Daarnaast wordt er onderwijs door verschillende gastdocenten gegeven en komen hierbij een aantal terugkerende thema's aan bod (zie map "Thema's") die ook in de latere coschappen aan bod komen.
Leerdoelen
De coassistent:
1. Kan onderdelen van medisch consult (anamneses, lichamelijk onderzoek, diagnose en beleid) uitvoeren in een gesimuleerde situatie (EPA-1).
2. Kan patiënten begeleiden en informeren in gesimuleerde situatie: voeren van bijzondere gesprekken (EPA-2.2).
3. Kan communiceren en samenwerken met collega’s in gesimuleerde situatie: schriftelijke en mondelinge overdracht van patiëntinformatie (EPA-3.1).
4. Kan medische verrichtingen uitvoeren die bij dit coschap horen (simulatie van BLS, simulatie van venapunctie en simulatie van infuus inbrengen; BLS; EPA-4.1, EPA-4.3 en EPA-4.4).
5. Voldoet de coassistent aan de algemeen geldende norm betreffende professioneel gedrag.
6. Mens in de zorg: Heeft inzicht in de samenwerking tussen 1e en 2e lijn in de Nederlandse zorg.
7. Gezondheid, preventie en leefstijl: Heeft kennis over de basisprincipes van leefstijlgeneeskunde en het stappenplan voor een leefstijlgesprek.
8. Interprofessionele samenwerking: Heeft inzicht in de taken en verantwoordelijkheden van, en samenwerking met, verpleegkundigen.
9. Diversiteit en Inclusie: Is bewust van het belang van aandacht voor diversiteit en inclusie in de zorg.
10. Beroepsoriëntatie: Weet hoe beroepsoriëntatie tijdens de master is geïmplementeerd en start met uitvoering van de activiteiten die daarbij horen (o.a. oriëntatie, reflectie, organisatie oriëntatieruimte).
11. De oudere patiënt: Kan specifieke aandachtspunten in de consultvoering met oudere patiënten benomen.
12. AI & Technology / Innovatie: Heeft ervaring opgedaan met het gebruik van een Virtual Reality bril.
13. Palliatieve zorg: Kan empathisch met patiënten en naasten communiceren over uitslagen van onderzoeken, de betekenis van ziekzijn in hun leven en bespreekbaar maken wat hun waarden, wensen en keuzes zijn.
14. Is de coassistent in staat te reflecteren, persoonlijke leerdoelen op te stellen en principes van self-regulated learning daarbij toe te passen.
Rooster
Het rooster kun je raadplegen via MyTimeTable.
De tentamendata zijn vastgesteld door het opleidingsbestuur en staan vermeld in het rooster.
In het rooster en/of op Brightspace wordt bekend gemaakt wanneer en op welke wijze de inzage en nabespreking van het tentamen plaatsvindt.
Onderwijsvorm
Toetsing en weging
Venapunctie
IOP
KPF’s
EPA’s
Toetsconsult
Eindgesprek
Eindbeoordeling: voldaan/ niet voldaan
Literatuurlijst
Zie Brightspace
Inschrijven
Er vindt één keer per jaar een indelingsronde plaats voor de coschappen die starten in het volgende collegejaar. Deze indeling vindt plaats in de periode januari-maart. Voor meer informatie, zie Brightspace en de studentenwebsite.
Contact
Drs. A.D. Pieterse
Drs. S.H. Makkenze- Mangold
E-mail: ico@lumc.nl