Toegangseisen
Bachelor rechtsgeleerdheid (zie OER)
Beschrijving
Veel rechtsregels hebben als doel bepaald gedrag van burgers te bevorderen of juist te ontmoedigen. Op dit fundament is veel publiekrechtelijke regulering van bepaald marktgedrag gebouwd. En ook in het vermogensrecht zien we dat het vaak om gedrag van burgers draait. Hoe verhoudt vermogensrecht zich tot die vormen van regulering? Is sprake van convergentie, divergentie, of iets anders? En hoe gaan bedrijven om met dit soort gedragsregels? En wat zou het beste voor de maatschappij zijn? Dit vak beoogt zowel de normatieve als de empirische implicaties van de gedragsregels uit vermogensrecht en regulering te doorgronden. Het beoogt te laten zien dat en hoe het vermogensrecht interactie vertoont met andere reguleringsvormen en daar soms ook mee concurreert of botst. Begrip van deze materie is van belang voor zowel theorie als praktijk van het privaatrecht en het vak beoogt voor te bereiden op zowel academische verdieping als op het verwerven van praktische onderzoeksvaardigheden.
In dit vak wordt aandacht besteed aan de ontwikkeling van onderzoeksvaardigheden op masterniveau. Deelnemers aan het vak worden begeleid in het opstellen van een goed afgebakende onderzoeksvraag en het opzetten en uitvoeren van een uitvoerbaar onderzoeksplan.
Leerdoelen
Doel van het vak:
Het onderwijs is opgezet om antwoord te geven op de volgende onderzoeksvragen (van algemeen naar bijzonder):
Wat verstaan we onder regulering?
Welke theorieën zijn er over de rechtsstatelijke randvoorwaarden voor regulering?
Hoe verhoudt regulerend overheidsingrijpen zich tot economische wetmatigheden?
Wat is er bekend over hoe individuen, groepen en ondernemingen (kortweg: burgers) reageren op regulerend overheidsingrijpen?
Wat is er bekend over determinanten van effectiviteit en over de feitelijke effecten van regulerende maatregelen?
Welke kernleerstukken van het vermogensrecht hebben relevantie in verband met regulerend overheidsingrijpen?
Wat is er bekend over de invloed van het vermogensrecht op het gedrag van burgers?
Wat is er bekend over de effectiviteit van het gebruik van vermogensrecht als middel van regulerend overheidsingrijpen?
Wat is er bekend over de effectiviteit van het gebruik van bestuursrecht als middel van regulerend overheidsingrijpen?
Wat is er bekend over interactie tussen vermogensrecht en bestuursrecht als instrument van regulerend overheidsingrijpen en de competitieve voordelen van beide rechtsgebieden?
Daarnaast beoogt het vak studenten vertrouwd te maken met het verrichten van wetenschappelijk juridisch onderzoek. Studenten verkrijgen de vaardigheid een goed afgebakende onderzoeksvraag op te stellen en een uitvoerbaar onderzoeksplan op te zetten. In het vervolg van de masteropleiding wordt op deze vaardigheden voortgebouwd.
Na afronding van het vak hebben studenten de volgende kwalificaties verworven:
De student is in staat om een antwoord te formuleren op de bovenstaande onderzoeksvragen;
De student heeft bovendien inzicht in:
de genese van normen in het privaatrecht in vergelijking met andere rechtsgebieden;
overzicht van verschillende juridische remedies in vermogensrecht en andere rechtsgebieden (m.n. bestuursrecht) en de interactie daartussen;
gangbare beleidstheorieën en wetgevingsleer;
de functie van privaatrecht in verhouding tot andere reguleringsinstrumenten;
basale inzichten uit economie en andere sociaalwetenschappelijke inzichten voor zover. relevant voor de juridische analyse van regulering;
De student kan een goed afgebakende onderzoeksvraag opstellen en een onderzoeksplan opzetten om deze vraag te beantwoorden;
De student is in staat om beknopt, in foutloos Nederlands en met deugdelijke argumentatie en bronverwijzing een beknopt literatuuronderzoek te rapporteren in een onderzoekspaper;
De student kan zelfstandig reflecteren op zijn/haar leerproces door feedback van docenten op opdrachten.
Rooster
Zie de opleidingspagina op de facultaire website.
Onderwijsvorm
Hoorcolleges
Aantal à 2 uur: 5
Namen docenten: Prof mr. W.H. van Boom en anderen
Vereiste voorbereiding door studenten: bestudering van de voorgeschreven stof
Instructiebijeenkomsten
Aantal à 2 uur: 2
Namen docenten: Prof mr. W.H. van Boom en anderen
Vereiste voorbereiding door studenten: verplicht traject voor de schriftelijke opdracht.
Studenten leveren drie stukken in: een opzet, een concept-paper en het definitieve paper. Zij ontvangen feedback van de paper-begeleider op de opzet en het concept-paper. De begeleider heeft bovendien een (telefonisch) spreekuur. Het definitieve paper geldt als schriftelijke opdracht en wordt van een cijfer en feedback voorzien.
Andere onderwijsvorm(en)
Omschrijving: gastcolleges
Aantal à 2 uur: maximaal 2
Namen docenten: nader bekend te maken.
Vereiste voorbereiding door studenten: nader bekend te maken.
Toetsing
Toetsvorm(en)
Praktische oefening: het maken van drie tussentijdse opdrachten (opzet, concept-paper en definitief paper) en het volgen van het daaraan verbonden feedbacktraject is verplicht voor deelname aan de schriftelijke opdracht.
Schriftelijke opdracht (definitief paper): 50% van het eindcijfer
Schriftelijk tentamen: 50% van het eindcijfer
Het eindcijfer bestaat uit de gemiddelde score van de schriftelijke opdracht en het schriftelijke tentamen. Het vak is behaald als het eindcijfer voldoende is. Het vak kan worden herkanst als het eindcijfer onvoldoende is. De herkansing, bestaande uit een schriftelijke opdracht en een tentamen, bepaalt voor 100% het eindcijfer. De cijfers voor de schriftelijke opdracht en het schriftelijke tentamen kunnen dus niet worden meegenomen naar een eventuele volgende poging. Indien het vak niet met een voldoende is afgerond, verliezen de resultaten voor de schriftelijke opdracht en het schriftelijke tentamen dus hun geldigheid en moet het vak geheel worden herkanst.
Inleverprocedures
Via de Blackboard-omgeving van het vak wordt informatie gegeven over de geldende inleverprocedures.
Examenstof
Tot de examenstof behoort de verplichte literatuur, het werkboek en hetgeen behandeld is tijdens hoorcollege, werkgroep en tijdens eventuele andere onderwijsvormen.
Blackboard
Bij dit vak wordt gebruik gemaakt van Blackboard.
Literatuur
Verplicht studiemateriaal
De voorgeschreven studiestof wordt door middel van een literatuur- en jurisprudentielijst bekend gemaakt via Blackboard. Studenten worden geacht de voorgeschreven stof zelf via de bibliotheek te verzamelen. Mede daarom wordt ernaar gestreefd zoveel mogelijk gebruik te maken van digitaal beschikbare bronnen.
Aanmelden
De aanmelding verloopt via uSis.
Contact
Vakcoördinator: Mw. mr. M. Neekilappillai
Werkadres: Kamerlingh Onnes Gebouw, Steenschuur 25, kamer B2.43
Bereikbaarheid: via secretariaat
Telefoon: 071-527 7381 (secretariaat)
E-mail: burgerlijkrecht@law.leidenuniv.nl](mailto:burgerlijkrecht@law.leidenuniv.nl)
Instituut/afdeling
Instituut: Instituut voor Privaatrecht
Afdeling: Civiel recht, sectie Burgerlijk recht
Kamernummer secretariaat: KOG B2.43
Openingstijden: balie maandag tot en met vrijdag 09.30 – 13.30 uur
Telefoon secretariaat: 071-527 7381
Opmerkingen
Geen.