Toegangseisen
De BSA-norm is behaald en beide Themacolleges zijn met een voldoende afgerond.
Beschrijving
In 1775 kwamen dertien Noord-Amerikaanse koloniën in opstand tegen het Britse moederland. Het protest was aanvankelijk vooral gericht tegen de vanuit Groot-Brittannië gedicteerde belastingwetten, maar kreeg al snel het karakter van een onafhankelijkheidsoorlog die uiteindelijk tot 1783 zou duren. Deze omwenteling speelde zich niet alleen af op het Amerikaanse vasteland, maar ook op de Atlantische oceaan. Zo waren de rebellen voor wapens en munitie grotendeels afhankelijk van de levendige smokkelhandel en werden er door alle partijen in het conflict kaperbrieven afgegeven. Bovendien bleek de oceaan een vruchtbare proeftuin voor de afbakening van Amerikaans burgerschap.
Hoewel de Republiek in eerste instantie niet direct bij het conflict betrokken was, erkende zij – indirect – als eerste Europese staat de legitimiteit van de Amerikaanse rebellen. Zo kon de Republiek profiteren van de clandestiene handel in wapens en munitie – onder andere via St Eustatius - en poogde de stad Amsterdam, achter de rug van de stadhouder om, zelfs alvast een handelsverdrag te sluiten met de Amerikaanse staat-in-wording. Deze impliciete erkenning van legitimiteit van de rebellen leidde uiteindelijk in 1780 tot een vierde zeeoorlog met Groot-Brittannië waarin de Republiek stevige verliezen te verduren kreeg. In 1782 leidde een petitiecampagne in de Republiek desondanks tot de formele erkenning van de Verenigde Staten van Amerika.
De interesse van de Republiek voor de gebeurtenissen in Noord-Amerika kwam niet uit de lucht vallen. Al in de zeventiende eeuw waren Nederlanders actief op het continent en tot 1664 waren er ook Nederlandse koloniën en handelsposten gevestigd. Ook na het verlies van Nieuw-Nederland aan Engeland bleef een levendige (smokkel)handel bestaan, niet alleen met de Republiek zelf maar ook met bijvoorbeeld Suriname. Bovendien verloor de voormalig kolonie haar Nederlandse inwoners niet, integendeel, velen bleven en speelden een belangrijke rol in haar verdere ontwikkeling.
Recent heeft de ‘oceanic turn’ in de maritieme geschiedenis de aandacht gevestigd op de oceaan als verbindingsweg tussen continenten waarlangs mensen, goederen en ideeën werden uitgewisseld. De zee wordt niet langer gezien als een passieve watervlakte, maar als een politieke en cultureel bepaalde ruimte. Deze uitwisseling van ideeën zien we ook terug in de verhouding van de Republiek tot Noord-Amerika. In Nieuw-Nederland onstond een cultuur van tolerantie en vrijhandel, vergelijkbaar met die in de Republiek. Een eeuw later had Thomas Jefferson naar verluidt het Plakkaat van Verlatinghe in zijn achterhoofd bij het schrijven van de Declaration of Independence, terwijl de Amerikaanse onafhankelijkheidsstrijd aan de andere kant van de oceaan een bron van inspiratie voor de Nederlandse patriottenbeweging zou zijn.
In dit werkcollege zullen de overzeese Nederlandse contacten met Noord-Amerika en invloed van de Amerikaanse Revolutie in de Republiek centraal staan. Daarbij zal onder andere aandacht worden besteed aan Nieuw-Nederland en de blijvende Nederlandse invloeden aldaar; de Nederlandse smokkelhandel met de Britse koloniën en later de Amerikaanse rebellen; hoe de revolutie vorm kreeg op en aan weerszijden van de Atlantische oceaan; de uitwisseling van ideeën over staatsmacht en burgerschap; en de nieuwsstromen van en naar Amerika die deze uitwisseling mogelijk maakten.
Het college sluit aan bij het kerncollege Grenzen van de Macht.
Leerdoelen
Algemene leerdoelen
De student kan:
1) een gezamenlijke opdracht succesvol uitvoeren;
2) een onderzoek met een beperkte omvang opzetten en uitvoeren, en daarbij:
a. vakliteratuur zoeken, selecteren en ordenen;
b. relatief grote hoeveelheden informatie organiseren en verwerken;
c. een wetenschappelijk debat analyseren;
d. het eigen onderzoek in het wetenschappelijk debat plaatsen3) reflecteren op de primaire bronnen waarop de literatuur is gebaseerd;
4) een probleemgestuurd werkstuk schrijven en een referaat houden naar het format van de eerstejaars Themacolleges, en daarbij;
a. een realistische planning hanteren;
b. een probleemstelling en deelvragen formuleren;
c. een beargumenteerde conclusie formuleren;
d. feedback geven en ontvangen;
e. aanwijzingen van de docent verwerken.5) participeren in de discussies tijdens colleges.
Leerdoelen, specifiek voor de afstudeerrichting
6) De student heeft kennis opgedaan van de afstudeerrichting(en) waartoe het BA-Werkcollege behoort;
bij de afstudeerrichting Vaderlandse Geschiedenis: voor staatsvorming, identiteit, en politieke cultuur van Nederland en de Nederlandse overzeese gebieden vanaf de zestiende eeuw, en in het bijzonder voor de track Zeegeschiedenis: de relatie van de mens tot de oceanen, zeeën en rivieren.7) De student heeft kennis van en inzicht in de kernbegrippen, de onderzoeksmethoden en –technieken van de afstudeerrichting, met speciale aandacht; bij de afstudeerrichting Vaderlandse Geschiedenis: voor primaire bronnen en diachrone nationale geschiedenis, en in het bijzonder bij de track Zeegeschiedenis: het gebruik van museale objecten voor historisch onderzoek.
Leerdoelen, specifiek voor dit college
De student:
8) verwerft op basis van recente literatuur kennis over de maritieme geschiedenis van de Amerikaanse Revolutie.
9) verwerft inzicht in de invloed van de Amerikaanse Revolutie op de Republiek en haar overzeese gebieden.
10) oefent het lezen van enkele soorten vroegmoderne bronnen, zoals reisverslagen en brieven van kolonisten, en verwerft inzicht in de wijze waarop historici dergelijke bronnen verwerken in de literatuur.
Rooster
Onderwijsvorm
- Werkcollege met aanwezigheidsplicht
Dit houdt in dat studenten bij alle werkcolleges aanwezig moeten zijn. Indien een student toch verhinderd is dient hij dit vooraf te melden aan de docent. De docent bepaalt vervolgens of, en zo ja, hoe het gemiste college door een vervangende opdracht kan worden ingehaald. Als er specifieke beperkingen zijn bij een college dan maakt de docent dat aan het begin kenbaar. Indien de student niet voldoet aan voornoemde voorwaarden, wordt deze uitgesloten van deelname.
Studielast
Totale studielast 10 EC x 28 uur = 280 uur.
Bijwonen college: 24
Voorbereiden college: 60
Maken opdracht(en) : 40
Schrijven werkstuk (inclusief bestuderen literatuur): 156
Toetsing
Toetsing
Werkstuk (5.000-6.000 woorden gebaseerd op literatuur; exclusief voorblad, inhoudsopgave, bibliografie, voetnoten)
getoetste leerdoelen: 2-4, 6-10Mondelinge presentatie (groepspresentatie, in groepjes van max. 3 studenten)
getoetste leerdoelen: 1, 3-4, 6-10Participatie
getoetste leerdoelen: 1, 5, 6-10Opdrachten (Deelopdrachten/korte essays over de wetenschappelijke literatuur en bronnen)
getoetste leerdoelen: 1, 2-4, 6-10
Weging
Werkstuk: 70%
Mondelinge presentatie: 20%
Participatie en opdrachten: 10%
Het eindcijfer komt tot stand op basis van het gewogen gemiddelde op basis van de deelcijfers, met daarbij als aanvullende eis dat het werkstuk voldoende moet zijn.
Deadlines
Voor het inleveren van de opdrachten en het werkstuk geldt de deadline, zoals aangegeven in de corresponderende Blackboard cursus.
Herkansing
Het werkstuk kan worden herkanst. Hiervoor geldt de deadline zoals aangegeven in de corresponderende Blackboardcursus.
Inzage en nabespreking werkstuk
Uiterlijk bij het bekendmaken van de uitslag van het werkstuk wordt aangegeven op welke wijze en op welk tijdstip de inzage en nabespreking van het werkstuk plaatsvindt.
Blackboard
Blackboard wordt gebruikt voor:
publiceren collegeschema’s
communiceren deadlines opdrachten en werkstuk
inleveren opdrachten
literatuur
Literatuur
Artikelen via Blackboard en zelf door studenten te zoeken
Via de (digitale) collegeplank
Aanmelden
Inschrijven via uSis is verplicht.
Algemene informatie over uSis vind je op de website.
Aanmelden Studeren à la carte en Contractonderwijs
Niet van toepassing
Contact
Opmerkingen
geen