Italian Language and Culture
Bachelor
De Leidse bachelorstudie kent een propedeutische fase van één jaar met het afsluitende propedeusediploma. De propedeuse bestaat geheel uit verplichte onderdelen.
Het tweede bachelorjaar geheel uit verplichte onderdelen.
In het derde bachelorjaar beslaat het programma, naast de vaste onderdelen, drie corsi monografici binnen de opleiding Italiaans, een scriptie (het BA-eindwerkstuk) en een vrije keuzeruimte van 30 ects.
Doel van de opleiding
Het programma
BA-eindwerkstuk en afstudeereisen
Bachelors Italiaanse taal en cultuur beschikken over:
algemene kennis van en inzicht in de Italiaanse taal en de Italiaanse letterkunde, neerkomend op de systematiek en de globale historische ontwikkeling van de Italiaanse taal; de belangrijkste schrijvers en stromingen uit de Italiaanse letterkunde; de grote lijnen van de Italiaanse (cultuur)geschiedenis; de belangrijkste aspecten van de hedendaagse Italiaanse maatschappij en cultuur.
algemene kennis van en inzicht in kernbegrippen, apparaat, onderzoeksmethoden en technieken (met verwijzing naar desbetreffende theorieën) e.d. van de Italiaanse taal en letterkunde;
taalvaardigheid op het gebied van luisteren, lezen, gesproken interactie, gesproken productie en schrijven van en in het Italiaans.
algemene academische vaardigheden op het gebied van ict, schriftelijke en mondelinge presentatie, elementair onderzoek en samenwerking.
Aansluitende programma’s
Een afgeronde bacheloropleiding Italiaanse taal en cultuur geeft rechtstreeks toegang tot de eenjarige masteropleiding Italian Language and Culture. Studenten kunnen, afhankelijk van hun resultaten, ook toegang krijgen tot een tweejarige onderzoeksmasteropleiding. Voor meer informatie over de verschillende masteropleidingen en de inschrijvingsprocedure, zie mastersinleiden.nl.
Eerste jaar: propedeuse
Het doel van de propedeuse is dat de student zich een duidelijk beeld vormt dat representatief is voor de totale opleiding Italiaanse taal en cultuur in Leiden. Het propedeuseprogramma is daarom zo ingericht, dat de student niet alleen een begin maakt met een intensieve verwerving van de Italiaanse taal, maar ook kennismaakt met en enig inzicht verwerft in de wetenschappelijke bestudering van de taal- en de letterkunde in het algemeen en van de Italiaanse in het bijzonder. Zo legt de propedeuse de noodzakelijke basis waarop later in de studie wordt voortgebouwd.
Bindend studieadvies (BSA)
De opleiding stelt bij het BSA als aanvullende eis dat 15 ects van de 20 ects binnen de component taalvaardigheid behaald moet zijn.
Tweede en derde jaar
Tijdens het tweede en derde jaar van de studie Italiaans verdiept de student zich verder in de vakgebieden Taalvaardigheid, Taalkunde, Letterkunde en Cultuurkunde. Een enkel college taal- en letterkunde van het tweede en derde jaar wordt alternerend, dat wil zeggen om het jaar, aangeboden.
Studenten dienen in het derde jaar twee corsi monografici te kiezen.
Keuzeruimte
In het derde jaar van de bacheloropleiding is er een keuzeruimte van 30 ects (15 ects per semester).
Om te kunnen afstuderen moeten studenten het programma van 180 ects hebben behaald, voldoen aan eisen die gelden voor de keuzeruimte en, als onderdeel van het programma, hun BA-eindwerkstuk met succes te hebben afgerond.
Alle studenten dienen ter afronding van hun bacheloropleiding een eindwerkstuk te schrijven. Dit werkstuk heeft een studielast van 10 ects.
Het BA-eindwerkstuk sluit aan bij één van de specialismen van de Opleiding Italiaanse taal en cultuur, te weten: de letterkunde van de Middeleeuwen en de Renaissance, moderne letterkunde, historische taalkunde en moderne taalkunde.