Toegangseisen
Propedeuse Geesteswetenschappen
Beschrijving
Liederen zijn een onmisbare bron voor de bestudering van de cultuurgeschiedenis. Dat geldt zowel voor historische liedjes zoals geuzenliederen, psalmen en protestsongs, maar ook voor de muziek van nu, van liefdesliedjes en musicalhits tot de kroegliederen van André Hazes. Het is van alle tijden dat mensen hun emoties, verhalen en overtuigingen uitdrukken door te zingen - alleen of in groepsverband, thuis of op straat, van jong tot oud, van arm tot rijk. In deze cursus onderzoeken we de Nederlandstalige populaire liedcultuur vanaf de Middeleeuwen tot de nummers van vandaag. Dit doen we door liedjes te beschouwen als een vorm van culturele representatie: ze bemiddelen in het tot stand komen van maatschappelijke normen, groepsidentiteiten en individuele zelfbeelden. Wat is de rol van liederen in het publieke debat?
Tijdens excursies in de UB en het Huis van het Boek in Den Haag gaan we op zoek naar de maatschappelijke normen en identiteiten die de eeuwen door in liederen zijn uitgedrukt, van historie- en studentenliederen tot de psalmen, liedbladen voor feestjes en nederhop. Bij het onderzoek maken we gebruik van het overzichtswerk Een muziekgeschiedenis der Nederlanden (2001) en de bloemlezingen Toen wij van Rotterdam vertrokken (2005), De kist van Pierlala: Straatliederen uit het geheugen van Nederland (2006), Op de vuist. Vijftig jaar politiek en protestliedjes in Nederland (2020) en Songbook van Ruud de Wild. Reis door de geschiedenis van het Nederlandse lied (2020). In gastcolleges komen specialisten aan het woord, met wie we intensief van gedachten kunnen wisselen.
Leerdoelen
Na afloop van deze cursus kun je:
Denken en discussiëren over en kritisch reflecteren op de representatie van maatschappij en identiteit in liederen uit de Nederlandse cultuurgeschiedenis.
Onderzoek doen naar de rol van liederen in het publieke debat en naar de impact van maatschappelijke ontwikkelingen op liedteksten.
Systematisch zoeken naar bronmateriaal in archieven, bibliotheken en online.
Kritisch reflecteren op het hoe en het waarom van de literaire canon.
Een actuele vakdiscussie analyseren en daarover zowel mondeling als schriftelijk op academisch niveau rapporteren.
Wetenschappelijk onderzoek bekend maken aan een breed publiek.
Rooster
De roosters zijn beschikbaar via My Timetable.
Onderwijsvorm
werkcollege
excursie
zelfstandige literatuurstudie
Toetsing en weging
Toetsing
referaten, mondelinge presentaties
excursieverslag
werkstuk, paper
Het eindcijfer van de cursus komt tot stand door de bealing van het gewogen gemiddelde op basis van deelcijfers, waarbij de deeltoetsen voldoende moeten zijn.
Weging
Actieve deelname aan het college (25%) – Studenten bereiden wekelijkse opdrachten voor, waarbij ze de bestudeerde theorie toepassen op teksten. Tijdens college discussiëren ze hierover met elkaar en met de docent, en houden ze mondelinge presentaties.
Excursie-opdracht (25%)
Werkstuk (50%)
Herkansing
In het geval van een onvoldoende, kunnen de onderdelen excursie-opdracht en werkstuk herkanst worden.
Inzage en nabespreking
Uiterlijk bij het bekendmaken van de uitslag van het werkstuk wordt aangegeven op welke wijze en op welk tijdstip de inzage en nabespreking van het werkstuk plaatsvindt. Er wordt in ieder geval een nabespreking georganiseerd indien een student hiertoe verzoekt binnen 30 dagen na bekendmaking van de uitslag.
Literatuurlijst
Bruin, M.J, Verhoeven, G. & Wild, R. de (2020). Songbook van Ruud de Wild. Reis door de geschiedeis van het Nederlandse lied. Zutphen: Walburg Pers. (via UB, collegeplank)
Grijp, L.P. (2001). Een muziekgeschiedenis der Nederlanden. Amsterdam: Amsterdam University Press. (via UB, collegeplank)
Grijp, L.P. & Bruin, M. de (2006). De kist van Pierlala: straatliederen uit het geheugen van Nederland. Amsterdam: Prometheus. (via UB, collegeplank)
Ham, L. (2020). Op de vuist. Vijftig jaar politiek en protestliedjes in Nederland. Amsterdam: Uitgeverij Ambo Anthos.
Reijt, V. van de (2005). Toen wij van Rotterdam vertrokken. De 20ste eeuw in 400 en enige liedteksten. Amsterdam: Prometheus. (via UB, collegeplank)
Deelnemers hebben voorafgaand aan het eerste college de volgende hoofdstukken bestudeerd uit Een muziekgeschiedenis der Nederlanden:
26 Geuzen- en antigeuzenliederen (p. 174-180)
35 Muziek en literatuur in de Gouden Eeuw (p.245-253)
51 Psalmgezang en orgelspel in de Gereformeerde kerk (p. 362-368)
52 Zang als wapen in een burgerlijk beschavingsoffensief (p. 369-373)
63 Vaudeville, commercie en amusement (p. 438-445)
73 Bladmuziek als medium van populaire muziek (p. 505-510)
84 Gemeenschapszang als ideologisch bindmiddel (p. 582-589)
87 Cabaret als literair-muzikale kleinkunst (p. 605-610)
102 Jacques Brel en het literaire luisterlied in België en Nederland (p. 711-717)
103 De bloeiperiode van de origineel Nederlandstalige musical (p. 718-723)
115 Dialectmuziek en regionale identiteit (p. 806-812)
118 De doorbraak van rap naar het grote (jongeren)publiek (p. 828-833)
Inschrijven
Inschrijven via uSis is verplicht.
Algemene informatie over uSis vind je op de website.
Contact
Voor inhoudelijke vragen, neem contact op met de docent (rechts in informatiebalk).
Voor informatie over inschrijvingen, toelating, etc: Onderwijsadministratie Reuvensplaats
Opmerkingen
Aan de groepsgrootte wordt een maximum gesteld van 20 deelnemers.