Toelatingseisen
In deze cursus wordt gebouwd op de kennis en vaardigheden die studenten in de volgende Bachelorvakken hebben opgedaan: Inleiding Pedagogische en Onderwijswetenschappen 1A, Inleiding Pedagogische en Onderwijswetenschappen 1B, Practicum gesprekstechnieken, Neurobiologische Achtergronden van Opvoeding en Ontwikkeling, Adoptie en pleegzorg in pedagogisch perspectief en Gezinspedagogiek.
Vakbeschrijving
Deze cursus gaat over de rol van gezinsproblematiek in het ontstaan van psychopathologie en de diagnostiek van kind- en gezinsproblemen.
Aan bod komen de vraagstukken die ontstaan zodra gezinnen in aanraking (dreigen te) komen met de wet vanuit het civiele recht (bijvoorbeeld bij uithuisplaatsing na kindermishandeling) of strafrecht (bijvoorbeeld bij jeugddelinquentie).
Er wordt ingegaan op verschillende vormen van gezinsproblematiek, zoals kindermishandeling en verwaarlozing, en ouderfactoren, zoals verslaving en psychiatrische problematiek. Ook wordt ingegaan op etiologie en diagnostiek van internaliserende en externaliserende problematiek bij kinderen en adolescenten en ouder-kind relatie problematiek, waarbij de diagnostische cyclus centraal staat.
Hierbij staat het verklarend hypothesemodel centraal. Verschillende soorten diagnostische instrumenten komen aan bod, waarbij de wetenschappelijke onderbouwing en klinische bruikbaarheid worden besproken van onder andere risicotaxatie-instrumenten, vragenlijsten, observaties en gezinsgesprekken. Er wordt apart ingegaan op cultuurspecifieke kenmerken van diagnostiek en op de (wetenschappelijke) onderbouwing van beslissingen met betrekking tot uithuisplaatsingen.
Leerdoelen
De student onderkent de ontwikkelingspsychopathologie van kinderen en adolescenten in de forensische gezinscontext
De student hanteert de mechanismen die ten grondslag liggen aan kind- en gezinsproblematiek
De student hanteert het verklarende hypothesemodel zoals erkend door de NVO
De student hanteert verschillende (forensische) diagnostische instrumenten voor verschillende doeleinden
De student hanteert en evalueert verschillende diagnostische instrumenten zoals risico-taxatiemethoden, klinische interviews, gezinsobservaties en vragenlijsten, inclusief psychometrische kenmerken
De student hanteert de praktische vaardigheden die nodig zijn in de forensisch-pedagogische praktijk aan de hand van de diagnostische cyclus (De Bruijn et al., 2009)
Rooster
Het rooster van dit vak vind je in MyTimetable.
Onderwijsvorm
Hoorcolleges en werkgroepen.
Toetsingsvorm
Actieve houding in de werkgroep
Individuele casus
Schriftelijk tentamen
Het eindcijfer is opgebouwd uit het tentamencijfer (60%) en het cijfer voor de casus (40%). Beide onderdelen moeten voldoende zijn (≥ 5,5) en alleen onvoldoende deelcijfers mogen herkanst worden.
De papieren casus die tijdens dit vak verricht wordt kan, behalve voor het behalen van het vak, ook meetellen voor de NVO Basisaantekening Diagnostiek. Daaraan is echter wel een voorwaarde verbonden. Als studenten zich tijdens Masteropleiding willen kwalificeren voor de NVO-registratie Basisaantekening Diagnostiek dan kan dat alleen als zij in hun klinische stage, naast de papieren casus, twee live casussen verrichten. De papieren casus telt na het afstuderen uitsluitend mee voor de Basisaantekening Diagnostiek in combinatie met twee voldoende live casussen die eveneens tijdens de Masteropleiding (in de klinische stage) zijn behaald. Daarna vervalt de geldigheid van de papieren casus voor de NVO-registratie Basisaantekening Diagnostiek.
Brightspace
Bij deze cursus wordt Brightspace gebruikt.
Literatuur
De Bruyn, E.E.J., Ruyssenaars, A.J.J.M., Pameijer, N.K., & Van Aarle, E.J.M. (2003). De diagnostische cyclus. Een praktijkleer. Leuven, België: Acco.
Artikelen worden nader bekend gemaakt.
Inschrijven voor vakken
Onderwijs
Het is verplicht om je voor elk vak in te schrijven via uSis. Dat geldt voor zowel de hoorcolleges als de werkgroepen, ook als deze online plaatsvinden. Zonder geldige inschrijving in uSis kun je niet deelnemen aan het onderwijs en heb je geen toegang tot de Brightspacemodule van het vak.
Tentamens
Daarnaast is het ook verplicht om je voor elk tentamen (dus: zowel de eerste tentamengelegenheid als, zo nodig, de herkansing) in uSis apart aan te melden. Dat geldt ook voor deeltentamens van een vak. Dit kan tot uiterlijk 10 kalenderdagen voorafgaand aan het tentamen. Zonder geldige inschrijving in uSis kun je niet deelnemen aan het tentamen.
Wanneer het (deel)tentamen een paper of een praktische opdracht betreft dan hoef je je niet in uSis in te schrijven.
Lees zorgvuldig alle informatie over de procedures en deadlines voor het inschrijven voor vakken en tentamens
NB Check, nadat je je hebt ingeschreven in uSis, of je inschrijving voor het onderwijs en het (deel)tentamen daarin geregistreerd staan. Dat voorkomt teleurstellingen.
Contact information
Coördinatoren: Sheila van Berkel en Dr. S. Dijkstra.
Bij vragen kan per email een afspraak gemaakt worden.