In dit college wordt eerder opgedane kennis van methode en theorie in de (vergelijkende) godsdienstwetenschap verbreed en verdiept door de aandacht te richten op een prominent deelgebied van de vergelijkende godsdienstwetenschap, namelijk de studie van ritueel handelen. Dit gebeurt ten eerste door het gezamenlijk bestuderen van het boek Ritual: Perspectives and Dimensions van Catherine Bell en vervolgens door het bespreken van papers van de studenten waarin een ritueel wordt gepresenteerd en geanalyseerd.
Objectives
Na afronding van dit college hebben studenten ervaring opgedaan met het schrijven en presenteren van een zelfstandig uitgevoerd klein onderzoek op het gebied van de studie van ritueel. Zij hebben geleerd dat er vele ingangen zijn in het onderzoek naar ritueel handelen en dat het voor de vergelijkende godsdienstwetenschap van belang is het materiaal zo te bewerken dat het gegevens oplevert die bruikbaar zijn voor theoretische en vergelijkende vragen.
Method of instruction
Werkcollege met referaten, co-referaten en werkstukken. Het college wordt ondersteund door Blackboard. Studenten krijgen een aantal taken in dit college: ze moeten een paper schrijven en presenteren (met een daarbij behorende hand-out) en een keer optreden als co-referent. Na afloop van hun presentatie krijgen studenten de gelegenheid hun paper te herschrijven in het licht van de discussie en met gerichte sturing van de docent.
Examination
Het cijfer voor dit vak bestaat uit een combinatie van drie deelcijfers: een schriftelijke toets over het boek van Bell (25 %); de mondelinge presentatie (25 %) en het uiteindelijke (herschreven) werkstuk (50 %).
Required reading
Catherine Bell, Ritual. Perspectives and Dimensions, New York 1997. Uit dit boek wordtl het tweede gedeelte gezamenlijk bestudeerd (pp. 91-267). De overige literatuur is afhankelijk van het gekozen ritueel en wordt tijdens het college vastgesteld.
Admission
Het vak “Inleiding in de godsdienstwetenschap” moet zijn afgerond.
Comments
Maximale groepsgrootte is 16 studenten. Indien er meer studenten deelnemen, zal met duo-presentaties gewerkt worden.