Studiegids

nl en

Psychologie van gezondheid en ziekte

Inschrijving

U kunt zich inschrijven tussen 1 mei en 15 augustus 2013 voor deze minor via uSis. De minor heeft code 6000MPSGZM.
U krijgt bericht over de inschrijving of plaatsing voor de cursussen van de minor.

Doel:

Deze minor richt zich op de relaties tussen gedrag, gezondheid en ziekte. Het gaat daarbij niet alleen over afwijkend gedrag en psychopathologie (klinische kenmerken van psychische aandoeningen, oorzaken en behandeling), maar meer in het algemeen over de psychische consequenties van somatische en niet-somatische gezondheidsproblemen bij kinderen, adolescenten en volwassenen. Denk daarbij ook aan aanpassingsproblemen bij chronische ziekte en verslaving.

In deze minor verwerven studenten kennis over gezondheidspsychologische en klinische theorieën, onderzoeks- en interventiemethoden om kennis en inzicht te krijgen in de bijdrage van de psychologie aan de gezondheidszorg.

Kijk onder de tab informatie voor een aanvullende beschrijving.

Minor

Vak EC Semester 1 Semester 2
Inleiding in de Psychologie 5
Persoonlijkheids, Klinische en Gezondheidspsychologie 5
Emotion and Cognition 5
Seksuologie 5
Cross-cultural Psychology of Health and Illness 5
Psychology of Abnormal Behaviour 5

Meer info

Eindtermen:

Na afronding van deze minor heeft de student kennis en begrip van:

  • het brede vakgebied van de psychologie, waaronder de evolutionaire psychologie, biopsychologie, cognitieve psychologie, ontwikkelingspsychologie, sociale psychologie, persoonlijkheidspsychologie en klinische psychologie (dit alles op inleidend niveau).

  • het brede scala aan onderzoeksmethoden die in de loop der geschiedenis zijn ontwikkeld en die ons in staat stellen onderscheid te maken tussen de wetenschappelijke psychologie en intuïtieve mensenkennis.

  • klinische behandelmethoden en (onderzoek naar) de effectiviteit daarvan.

  • gezondheidspsychologische manieren om de gezondheid te bevorderen, ziekte te voorkomen (stress, burn-out) en psychische consequenties van somatische ziekte te beïnvloeden.

  • bio-psycho-sociale perspectieven op de seksuele ontwikkeling, onderzoek op seksuologisch gebied, seksuele disfuncties en therapeutische behandeling daarvan.

  • vraagstukken op het gebied van cultuur, gezondheid en ziekte, bijvoorbeeld in de omgang tussen professionele hulpverleners en patiëten of cliënten (signalering, diagnostiek, interventie en preventie) tegen de maatschappelijke achtergrond van toenemende culturele diversiteit.

Op basis van oefeningen in begrip en toepassing van deze kennis is de student in staat klinische- en gezondheidspsychologische vraagstukken uit de alledaagse praktijk kritisch en analytisch te benaderen, zelfstandig informatie te verzamelen, de geldigheid daarvan te beoordelen en voorstellen te formuleren voor nader onderzoek met een meer fundamenteel of een meer toegepast (oplossingsgericht) karakter. De student is in staat om deze inzichten en analyses schriftelijk en/of mondeling te presenteren.

Maximum aantal deelnemers: 25