Dit werkcollege bestudeert (in vergelijkend perspectief) het ontstaan, de ontwikkeling en de (culturele, politieke, en economische) betekenis van de koloniale tuin (horti), in de context van zowel de vroegmoderne Europese tuin- als expansiegeschiedenis. Daarbij zal men ook kennis nemen van “inheemse” tuintradities (denk aan Japanse en Perzische tuinen).
Onderwijsvorm
Werkcollege. (NB verplichte aanwezigheid zie studiereglement Instituut voor Geschiedenis, art 2)
Leerdoelen
Bestuderen van primaire en secundaire bronnen (met nadruk op VOC en WIC archiefmateriaal) én daarmee grondige kennis van de wordingsgeschiedenis van één specifieke koloniale tuin in de context van de westerse en niet-westerse expansie- en tuingeschiedenis.
Studielast
Totale studielast voor de cursus: 280 uur
Uren die aan het volgen van college worden besteed: 24 uur
Tijd voor het bestuderen van de verplichte literatuur: 56 uur
Tijd voor het voorbereiden van het referaat: 20 uur
Tijd voor het bestuderen van relevante bronnen: 90 uur
Tijd voor het schrijven van het werkstuk (7200 woorden); 90 uur
Literatuur
Nadere literatuur wordt via Blackboard bekend gemaakt.
Literatuur voor schriftelijke instaptoets (in week 2):
John Prest, The Garden of Eden: The Botanic Garden and the Re-creation of Paradise (New Haven and London: Yale University Press, 1981), 110 pp.
Toetsing
Instaptoets (10 %), referaat (20 %) en werkstuk (70 %)
Rooster
Semester I, zie rooster.
Informatie
Bij de docent: Dr J.J.L. Gommans
Blackboard/webpagina
Ja.
Aanmelden
Aanmelden via U-TWIST, zie aanmeldingsprocedures.