New page
Jaar 2 in collegejaar 2024-2025 (voor de studenten die in september 2023 met het 120 EC-traject voltijd gestart zijn).
New page
Studenten die de Educatieve minor Duits of een hbo-bachelor Leraar Duits hebben afgerond, hebben al een (beperkte) tweedegraads onderwijsbevoegdheid en komen op basis hiervan in aanmerking voor het 90 EC-traject (30 EC aan vrijstellingen voor het educatieve deel van de master).
New page
Jaar 2 in collegejaar 2024-2025 (voor de studenten die in september 2023 met het 90 EC-traject voltijd gestart zijn).
New page
Programma 120 EC
Een inhoudelijke beschrijving van de studieonderdelen is te vinden onder het tabblad Jaar 1 en Jaar 2. Hieronder lees je meer over het totale programma en de vereisten (verplichte studieonderdelen).
Praktijkdeel van de master (30 EC)
Het praktijkdeel bestaat uit een schoolstage met het accent op de onderbouw (jaar 1) en een schoolstage met het accent op de bovenbouw (jaar 2) inclusief supervisie en vakdidactische intervisie. Het praktijkdeel vormt de rode draad in het programma; immers in het handelen in de praktijk komen alle onderdelen samen: de vakinhoudelijke, (vak)didactische en pedagogische kennis worden hier toegepast, en door reflectie op het eigen handelen en het onderzoeksmatig analyseren van de praktijk ontwikkel je je eigen professionele vaardigheden.
De stages vinden plaats op twee verschillende scholen. Zo doe je in diverse praktijken kennis en ervaring op ten aanzien van sociaal-culturele achtergronden van leerlingen.
Mocht je in jaar twee op dezelfde school willen blijven (stage of baan), dan is dat mogelijk. Je moet er dan wel aantoonbaar kennismaken met een andere praktijk door bijvoorbeeld een week met een medestudent op een andere school mee te lopen. De exacte invulling stem je af met je supervisor en moet goed gedocumenteerd worden.
Je wordt tijdens het praktijkdeel begeleid door een supervisor vanuit het ICLON en een begeleider op school.
Het praktijkdeel begint met verplichte startactiviteiten die student voorbereiden op de opleiding en de stage/baan op school. Deze activiteiten moeten voldaan zijn voor het begin van het academisch jaar in september.
Vereisten:
Praktijk 1 (15 EC)
Praktijk 2 (15 EC)
Vakinhoudelijke vakken (45 EC)
Het vakinhoudelijke deel van de master bestaat uit 45 EC aan Duitse taalkunde, letterkunde en/of cultuurkunde. Bij ieder studieonderdeel denk je ook na over de vertaling naar het onderwijs. Zo kan de vakinhoud Duits meteen binnen één van de vakdidactische cursussen of in het kader van een stage worden gebruikt als basis voor een les of lessenserie.
Masterlanguage is een landelijk, interuniversitair programma. Deze cursussen zijn specifiek op het onderwijs gericht. Binnen de 45 EC vakinhoud geldt een aantal vereisten, daarnaast heb je een deel keuzeruimte.
Vereisten:
Verplichte vakinhoud Duits jaar 1 (20 EC): 10 EC Duitse Taalkunde Einführung in die soziolinguistische Feldforschung: Deutschsprachige Communities in den Niederlanden en 10 EC Duitse Letterkunde Fremde Welten: Reiseliteratur vom Mittelalter bis heute.
Keuze vakinhoud Duits jaar 1 (10 EC, Taalkunde óf Letterkunde): keuze uit 3 vakken, zie tabblad Jaar 1.
Keuze vakinhoud Duits jaar 2 (10 EC, Taalkunde óf Letterkunde): keuze uit 2 vakken, zie tabblad Jaar 2.
Masterlanguage: Deutsch in seiner Vielfalt (5 EC).
NB Afhankelijk van het voortraject dat je gevolgd hebt, kunnen bij de toelating aanvullende eisen gesteld zijn met betrekking tot de invulling van het vakinhoudelijk deel. Neem contact op met de studieadviseur als je hier vragen over hebt.
Pedagogisch- en (vak)didactisch vakken (25 EC)
In dit deel van de master komen algemene onderwijs- en leertheorieën en vakspecifieke didactiek aan bod. Daarnaast wordt aandacht besteed aan pedagogisch handelen in de klas en op school, gesprekstechnieken en onderwijsinnovaties op diverse niveaus.
Vereisten:
Twee eindproducten (20 EC)
Twee eindproducten worden beoordeeld: een vakinhoudelijke masterscriptie (15 EC) en een verslag van een onderzoek naar de eigen onderwijspraktijk (Vakdidactische verdieping, 5 EC). Studenten kiezen tijdens het scriptieseminar één thema waarin zij zich zowel vakinhoudelijk (masterscriptie) als vakdidactisch-kritisch zullen verdiepen (het vakdidactisch onderzoek binnen Vakdidactische verdieping of het vakdidactisch ontwerp binnen Vakdidactiek 2).
Vereisten:
Oriëntatie op en verbinding met de onderwijspraktijk (semester 1)
Tijdens het eerste semester van de master ligt de focus op de vakinhoudelijke vakken op de faculteit. Parallel hieraan oriënteren studenten zich op de onderwijspraktijk tijdens de startdagen en via een korte stage. Daarnaast wordt bij twee vakinhoudelijke vakken een verbinding gemaakt met de onderwijspraktijk.
Startdagen
De startactiviteiten bereiden studenten voor op de master en de stage op school. Tijdens de startdagen ontvangen studenten een introductie op de opleiding en nemen deel aan een training regie, een training lesontwerpen en een training gespreksvaardigheden.
Oriëntatie op de lespraktijk
Om vast een beeld van het leraarschap te vormen, lopen studenten gedurende het eerste semester een korte oriënterende stage. Deze oriëntatie op de lespraktijk omvat de volgende onderdelen:
Verbinding vakinhoudelijke vakken en vo onderwijs
Tijdens het eerste semester volgen studenten vakken op de faculteit. Deze vakken dragen bij aan het ontwikkelen van vakinhoudelijke kennis voor de schoolpraktijk. In de eindopdracht(en) van twee van deze vakinhoudelijke vakken laten studenten zien welke rol het onderwerp speelt in de schoolpraktijk. Concrete instructies voor deze eindopdrachten zijn weergegeven in de syllabus van het betreffende vak.
Deze verbinding is van toepassing op het vak van 10 EC op gebied van Letterkunde en het vak van 10 EC op gebied van Taalbeheersing/Taalkunde (niet op het vakinhoudelijk keuzevak).
Vedeling studielast jaar 2
In jaar 2 van het 120 EC-traject zijn drie studieonderdelen over het gehele collegejaar verspreid. Hieronder zie je de verdeling van de studielast (EC's) van deze studieonderdelen per semester.
Studieonderdeel |
Semester 1 |
Semester 2 |
Pedagogisch-didactisch handelen 2 (3 EC) |
2 EC |
1 EC |
Praktijk 2 (15 EC) |
9 EC |
6 EC |
Master Scriptie (15 EC) |
9 EC |
6 EC |
Programma 90 EC-traject
Studenten die de Educatieve minor Duits of een hbo-bachelor Leraar Duits hebben afgerond, hebben al een (beperkte) tweedegraads onderwijsbevoegdheid en komen op basis hiervan in aanmerking voor het 90 EC-traject (30 EC aan vrijstellingen voor het educatieve deel van de master).
New page
Meer informatie over de master
Deze master is ontwikkeld in nauwe samenwerking tussen de Faculteit Geesteswetenschappen (FGW) en het Interfacultair centrum voor lerarenopleiding, onderwijsontwikkeling en nascholing (ICLON).
Op dit tabblad vind je informatie over:
Start van opleiding en stageplaatsing
Aanwezigheidsplicht
Aanmelden/inschrijven studieonderdelen
Writing Lab voor schrijfhulp
Contactgegevens
Eindtermen van de opleiding
Onderwijsbevoegdheid
Start van opleiding en stageplaatsing
Studenten ontvangen vanuit de ICLON onderwijsadministratie per e-mail informatie over de digitale startcourse, verplichte startdag, de stageplaatsing en het rooster. Communicatie vanuit de ICLON Onderwijsadministratie (iclonlo@iclon.leidenuniv.nl) wordt verstuurd naar het privé e-mailadres. Centrale communicatie vanuit de Universiteit Leiden verloopt via het umail-adres. Lees de toegestuurde informatie aandachtig door. Niets ontvangen? Controleer je spamfolder!
Aanwezigheidsplicht
Tijdens werkcolleges aan de faculteit der Geesteswetenschappen geldt een aanwezigheidsplicht. Studenten mogen per college maximaal twee van de dertien bijeenkomsten missen (ongeacht de reden). Studenten die meer dan twee keer afwezig zijn geweest dienen contact op te nemen met de studieadviseur. Als er naar diens oordeel sprake is van bijzondere omstandigheden, kan van de regel om maximaal twee bijeenkomsten te mogen missen worden afgeweken. De studieadviseur neemt zijn/haar besluit in overleg met de docent(en) en maakt de uitkomst kenbaar aan de student en de betrokken docent(en).
Voor onderwijsactiviteiten aan het ICLON geldt datje aanwezigheid bij alle colleges wordt verwacht; hierin worden theorie en praktijkervaringen met elkaar verbonden en deelname is dus belangrijk om de opleiding met succes te doorlopen. Mocht je door ziekte of andere overmacht toch een keer een college missen, meld je dan voorafgaand aan het betreffende college af bij de docent. Er wordt dan besproken of en hoe je het onderwijs kunt inhalen.
Aanmelden/inschrijven studieonderdelen
De ICLON Onderwijsadministratie regelt de inschrijving voor ICLON-studieonderdelen.
Je ontvangt vanuit de ICLON Onderwijsadministratie instructies over de aanmeld/inschrijfprocedure van vakinhoudelijke vakken, keuze vakken en extern onderwijs. Zoals hierboven aangegeven, wordt deze informatie verstuurd naar je privé e-mailadres (controleer eventueel ook je spamfolder). Inschrijving voor vakken is mogelijk tot uiterlijk 14 kalenderdagen voor aanvang van een onderwijseenheid (zie artikel 3.4.1.1 van de OER). Lees de instructies dus tijdig door. Let op: de aanmeldprocedure kan dus afwijken van wat beschreven staat bij de individuele studieonderdelen elders op de Studiegids.
Vooruitlopend op deze instructies: inschrijven voor studieonderdelen van Masterlanguage (extern onderwijs) gaat via de Masterlanguage website. Klik op het te volgen studieonderdeel (te vinden via Cursusaanbod) en volg de inschrijfinstructies op.
Bij twijfel of vragen: neem dan contact op met de ICLON Onderwijsadministratie via iclonlo@iclon.leidenuniv.nl of 071 527 40 15.
Writing Lab voor schrijfhulp
Studenten van de tweejarige Educatieve master kunnen gebruik kunnen maken van Writing Lab. Writing Lab helpt studenten om betere academische schrijvers te worden middels drie verschillende vormen van schrijfhulp. Voor meer informatie zie de website Writing Lab Leiden & Den Haag.
Contactgegevens
Voor vragen over studentenzaken zoals het rooster, cijferregistratie in uSis, enrollment in Brightspace, (her)in- en uitschrijven bij de universiteit, afstuderen en diploma-uitreiking kun je contact opnemen met de Onderwijsadministratie van het ICLON.
Ben je zittende student en heb je studiegerelateerde vragen? Bij bijvoorbeeld studievertraging of persoonlijke omstandigheden is in principe je supervisor het eerste aanspreekpunt. Je kunt daarnaast altijd contact opnemen met de studieadviseur Toke Egberts.
Voor uitgebreide en actuele contactgegevens zie de ICLON-website.
In de Brightspace course ICLON lerarenopleiding staat meer informatie over:
Eindtermen van de opleiding
De Eindtermen van de opleiding zijn opgenomen in de Onderwijs- en examenregeling (OER).
Onderwijsbevoegdheid
De eerstegraads onderwijsbevoegdheid staat aangetekend op het diploma-supplement dat bij het masterdiploma hoort.
New page
Waar vind je welke informatie?
Informatie vanuit de opleiding en universiteit vind je op de volgende plakken:
Studeigids
Brightspace
Studentenwebsite
Reglementenpagina
Lees hieronder waar je welke informatie kunt vinden.
Studiegids
In deze elektronische Studiegids vind je specifieke informatie over de master. Je vindt hier bijvoorbeeld informatie over:
Brightspace
Brightspace is de digitale leeromgeving van de Universiteit Leiden. Ieder curriculumonderdeel heeft een eigen ‘course’ in Brightspace. Daarnaast kun je in de course ICLON lerarenopleiding algemene informatie vinden over onder andere:
Begeleiding en advies
Bij wie je terecht kunt met vragen
Berichtgeving vanuit de opleiding
Startcourse
Documenten vanuit de ICLON Opleidingscommissie
Studentenwebsite
Op de studentenwebsite vind je algemene informatie voor studenten van de Universiteit Leiden. Selecteer je opleiding (Educatieve master) om ook opleiding specifieke informatie te vinden. Voorbeelden van informatie:
Reglementen Educatieve master
In de organisatiegids vind je belangrijke regelementen en documenten van de Educatieve master, zoals bijvoorbeeld:
Onderwijs- en examenregeling (OER)
De Onderwijs- en Examenregeling is een wettelijk document dat geldig is voor één collegejaar. In de OER vind je bijvoorbeeld informatie over:
o Vrijstellingen aanvragen
o Tentamens (beoordelingstermijn, geldigheidsduur, et cetera)
o Cum laude criteria
o Gedragscodes
o Eindtermen van de opleiding
Regels en Richtlijnen van de Examencommissie
In de Regels & Richtlijnen zijn de taken en bevoegdheden van de Examencommissie opgenomen en is informatie voor de student te vinden over de gang van zaken met betrekking tot tentamens en de beoordeling hiervan.
Lijst van examinatoren
De Examencommissie van het ICLON benoemt ieder collegejaar examinatoren. Docenten aangewezen voor het huidige collegejaar staan vermeld in de lijst van examinatoren
New page
Career Service, LU Career Zone en career workshops kalender
Facultaire Career Service
Studenten van de tweejarige Educatieve master kunnen gebruik maken van de Career Service Geesteswetenschappen. Je kunt hier terecht voor bijvoorbeeld individueel loopbaanadvies, check van je cv/ brief/LinkedIn profiel, voorlichtingsbijeenkomsten en career events.
Leiden University Career Zone
De Leiden University Career Zone is dé website voor studenten en alumni van de Universiteit Leiden ter ondersteuning van de (studie)loopbaan. Je vindt er advies, informatie, (loopbaan)tests en tools op het gebied van (studie)loopbaanplanning, loopbaanmogelijkheden met je opleiding, arbeidsmarktoriëntatie, solliciteren, het alumni Mentornetwerk, job portal, workshops en events en Career services.
Workshops en events
In de cursuskalender vind je een overzicht van loopbaan en sollicitatie workshops, georganiseerd door de Career services.
Arbeidsmarktvoorbereiding in de tweejarige Educatieve master
De Universiteit Leiden heeft als doel om jou, naast het bieden van een gedegen universitaire opleiding, zo goed mogelijk voor te bereiden op de arbeidsmarkt en daarmee bij te dragen aan de ontwikkeling van jouw employability, je inzetbaarheid op de arbeidsmarkt. Hierdoor wordt het makkelijker om de overstap naar de arbeidsmarkt te maken, inzetbaar te blijven in een dynamische arbeidsmarkt, in een (loop)baan die past bij je eigen persoonlijke waarden, voorkeuren en ontwikkeling.
Employability-ontwikkeling bestaat uit vijf samenhangende onderdelen. Het is van belang dat de student zich gedurende zijn studie ontwikkelt op alle onderdelen.
Een inzetbaar profiel is de kern van de employability van een student. Studenten die [1] vakoverstijgende vaardigheden en [2] vakspecifieke kennis en vaardigheden hebben ontwikkeld en [3] praktijkervaring hebben opgedaan zijn beter inzetbaar op de arbeidsmarkt. Om het inzetbaar profiel heen, vormt zich de zelfredzaamheid van de student op de arbeidsmarkt. Studenten die door [4] arbeidsmarktoriëntatie de arbeidsmarkt leren kennen en kunnen reflecteren op hun eigen profiel en ontwikkeling [5] zelfreflectie zijn beter in staat om hun weg te vinden op de arbeidsmarkt, direct na afstuderen, maar ook later als hun loopbaan zich ontwikkelt.
De employability-ontwikkeling wordt binnen de lerarenopleiding als volgt vorm gegeven. Overkoepelend doel van de lerarenopleiding is dat leraren zelfstandig richting leren geven aan hun eigen denken en handelen (agency), met betrekking tot de drie wettelijke bekwaamheidsdomeinen in onderlinge samenhang: vakinhoudelijke, (vak)didactische en pedagogische bekwaamheid. Dit betekent dat leraren in toenemende mate (1) bewust worden van mogelijkheden met betrekking tot deze domeinen; (2) ontdekken wat ze belangrijk vinden in het onderwijs en dit ook kunnen verantwoorden naar betrokkenen; (3) door hen gewenste mogelijkheden in toenemende mate kunnen realiseren.
In het opleidingsmodel van het ICLON is nadrukkelijk aandacht voor het handelen van de leraar in de complexe praktijk. Wij nemen in de opleiding daarvoor de klasecologie van de leraar-in-opleiding en wat de leraar daarbinnen al doet en wil bereiken (doelsysteem) als uitgangspunt. We ondersteunen leraren bij het regelmatig doorlopen van een leercyclus (voornemens formuleren, ontwerpen, uitvoeren, leren van ervaringen en reflectie op het doelsysteem). Daarbij is niet alleen aandacht voor problematische ervaringen maar ook expliciet aandacht voor het leren van succeservaringen, omdat dit de leraar helpt te bepalen wat hij of zij al kan en belangrijk vindt. De verschillende fasen van de cyclus worden theoretisch verdiept en verbreed doordat leraren worden ingeleid in theoretische perspectieven met betrekking tot de drie bekwaamheidsdomeinen. Op deze manier worden leraren in de gelegenheid gesteld een persoonlijke leerroute te doorlopen waarbij ze stapsgewijs voortbouwen op wat ze al willen en kunnen, en zo hun onderwijsrepertoire met betrekking tot de drie bekwaamheidsdomeinen in onderlinge samenhang te ontwikkelen. Daarmee kan ook een goede balans worden gevonden tussen innovatie en routines. Vernieuwing van het repertoire vindt zo namelijk telkens stapsgewijs plaats en maakt gebruik van wat een leraar al wil en kan. In dit proces worden leraren bovendien gestimuleerd de instrumentele en normatieve kant van de professionalisering op elkaar af te stemmen. Enerzijds wordt leraren regelmatig gevraagd waarom ze een bepaalde handelwijze belangrijk vinden en in hoeverre betrokkenen zoals leerlingen, ouders en collega’s dit ook nastrevenswaardig vinden (normatieve kant). Omgekeerd worden leraren uitgenodigd om vanuit de hogere doelen van het doelsysteem weer af te dalen door zich af te vragen hoe deze (nog meer) kunnen worden gerealiseerd (instrumentele kant).
De leerroute voor de student vindt deels plaats op school en deels op het instituut. Daarbij proberen we zowel binnen het instituut als op school een leergemeenschap te ontwikkelen waarin leraren niet alleen leren van opleiders en begeleiders op school, maar ook van elkaar en van collega’s op school. Voor de bekwaamheidsdomeinen zijn doorlopende leerlijnen ontwikkeld die zowel de initiële opleiding als de inductiefase en deels ook voortgaande professionalisering omvatten. Binnen deze leerlijnen worden belangrijke onderwijstaken onderscheiden waaraan in de opleiding wordt gewerkt, zoals het ontwerpen en geven van gedifferentieerd onderwijs, het maken van contact met leerlingen, instructie geven, leerlingen motiveren, afstemmen op de leerlingen et cetera. Leraren krijgen vervolgens hulp op maat bij het bij het uitvoeren van deze taak; daarbij spelen zoals eerder aangegeven perspectieven en bijbehorende handvatten een belangrijke rol. Daarbij is er aandacht voor formatieve evaluatievormen waarvan leraren weer kunnen leren.