Studiegids

nl en

Nederlandse taal en cultuur

De bachelor Nederlandse taal en cultuur omvat een driejarige opleiding. Er is aandacht voor de Moderne en Historische Nederlandse letterkunde, de Nederlandse taalkunde, de taalbeheersing en media.

Het eerste jaar bestaat geheel uit verplichte vakken, even als het eerste semester van het tweede jaar.

In het vierde semester kan je al gaan voorsorteren voor je specialisatie (taalkunde, moderne letterkunde, oudere letterkunde, taalbeheersing) via een werkgroep naar keuze.

In het derde jaar is er ruimte (30 ec) voor het volgen van een minor of een keuzepakket (waarbinnen je een stage kan doen) en kies je definitief voor een van de vier specialisaties.

Eerste jaar

Het eerste jaar van het bachelorprogramma bestaat uitsluitend uit onderdelen van het hoofdvak.

De propedeuse bestaat uit vakken die een algemeen en oriënterend overzicht geven van de gehele neerlandistiek. De richtingen Letterkunde, Taalkunde en Taalbeheersing komen in beide semesters aan bod in de vorm van hoor- en werkcolleges. Ook wordt het specialisatiethema media geïntroduceerd. De hoorcolleges geven de grote lijnen aan, terwijl in de werkcolleges specifieke onderwerpen aan de orde komen, die aan de hand van teksten en casussen worden uitgediept.

De propedeuse wordt afgesloten met een propedeutisch examen, waarvoor men is geslaagd als men alle onderdelen met een voldoende cijfer (6.0 of hoger) heeft afgerond.

Voor de gehele propedeuse wordt extra onderwijstijd geprogrammeerd voor 12 uur voor de verplichte introductiedagen, 1 uur ten behoeve van het Studieplan en 2 uur ten behoeve van tutoraat.

Vak EC Semester 1 Semester 2

EERSTE SEMESTER

Academische Vaardigheden (Nederlandse taal en cultuur)
Geschiedenis van de Nederlandse taal 5
Hoe werkt literatuur? Analyse en interpretatie 5
Kerncurriculum: Inleiding Literatuurwetenschap 5
Literatuur en cultuur van het begin tot 1800 5
Taal en Communicatie 5
Taal mentaal 1 5

TWEEDE SEMESTER

Argumenteren en overtuigen 5
Lezen en interpreteren van historische literatuur 5
Literatuur en cultuur van 1800 tot heden 5
Taal en media 5
Taal sociaal 5
Vaardigheden: schrijven en presenteren 5

Tweede jaar

Het eerste semester bevat nog 6 verplichte onderdelen.
In het tweede semester kies je -naast het verplicht keuzevak Digital and Quantitative Skills- 5 van de 11 aangeboden keuzevakken.

Vak EC Semester 1 Semester 2

EERSTE SEMESTER

Benaderingen van literatuur 5
Kerncurriculum: Wetenschapsfilosofie 5
Nederlandse Media en Maatschappij 5
Onderzoek naar historische literatuur in de praktijk 5
Taal mentaal 2 5
Woorden als wapens: Effecten van formuleringskeuzes 5

TWEEDE SEMESTER

Digital and Quantitative Skills 5

Kies vijf vakken uit onderstaande lijst

Creatief schrijven: Vier cruciale keuzes 5
Digitaal editeren van literaire teksten 5
Highlights of Dutch Literature and Film 5
Hip-Hop, jeugdcultuur en identiteit 5
Kritisch denken, kritisch schrijven 5
Liefde en strijd: Middelnederlandse epiek 5
Nederlandse Taalkunde: Taaldiagnostiek 5
Strategische presentatie van argumentatie 5
Accentwerkgroep Nederlandse Taalkunde: Taalkunde en retorica 5
Van spotlied tot cabaret: humor als wapen in de Nederlandse cultuur 5
Zuid-Afrikaanse letterkunde 5

Derde jaar

In het derde jaar volg je 30 ec aan vakken bij Nederlands en daarnaast 30 ec aan keuzevakken in de vorm van een minor of een individueel samengesteld keuzepakket.

Voorts kies je definitief je specialisatie. In het kader van je specialisatie moet je:

(1) het tentamen van de gekozen specialisatie hebben gedaan (*) (2) twee werkgroepen op het gebied van je specialisatie hebben gedaan(**) (3) je BA-eindwerkstuk schrijven op het gebied van je specialisatie, in combinatie met het seminar BA-eindwerkstuk van je specialisatie.

(*) Verdeeld over de semesters zijn er twee mogelijkheden:

  • drie werkgroepen in het eerste semester en het tentamen in het tweede semester

  • twee werkgroepen en het tentamen in het eerste semester en een werkgroep in het tweede semester.

(**) Minimaal twee daarvan moeten liggen op het gebied van je specialisatie.

Vak EC Semester 1 Semester 2

EERSTE SEMESTER

Keuzeruimte (Nederlands) 15

Keuzevak werkgroep (kies twee vakken en een tentamen of drie vakken):

Auteur en media 5
Echo, inlvoed of plagiaat? Nederlandse literatuur in mondiaal perspectief 5
Gastschrijver Bibi Dumon Tak 5
Het politieke debat: theorie en praktijk 5
Literatuur in handschrift en druk in de Lage Landen 5
Sociolinguïstiek: straattaal, tussentaal, social media en meer 5
Van sollicitatiebrief tot haattweet: (on)beleefdheid en media 5

Doe één van de vier tentamens

Tentamen Moderne Nederlandse Letterkunde 5
Tentamen Nederlandse Taalkunde 5
Tentamen Oudere Nederlandse Letterkunde 5
Tentamen Taalbeheersing 5

TWEEDE SEMESTER

Keuzeruimte (Nederlands) 15

Keuzevak werkgroep (kies één vak)

Creatief schrijven: Vier cruciale keuzes 5
Digitaal editeren van literaire teksten 5
Highlights of Dutch Literature and Film 5
Hip-Hop, jeugdcultuur en identiteit 5
Kritisch denken, kritisch schrijven 5
Liefde en strijd: Middelnederlandse epiek 5
Nederlandse Taalkunde: Taaldiagnostiek 5
Strategische presentatie van argumentatie 5
Accentwerkgroep Nederlandse Taalkunde: Taalkunde en retorica 5
Van spotlied tot cabaret: humor als wapen in de Nederlandse cultuur 5
Zuid-Afrikaanse letterkunde 5

Of doe één van de vier tentamens

Tentamen Moderne Nederlandse Letterkunde 5
Tentamen Nederlandse Taalkunde 5
Tentamen Oudere Nederlandse Letterkunde 5
Tentamen Taalbeheersing 5

Scriptieseminar (georganiseerd per leerstoelgroep)

Seminar BA-eindwerkstuk: Nederlandse Taalkunde 0
Seminar BA-eindwerkstuk Oudere Nederlandse Letterkunde 0
Seminar BA-eindwerkstuk Taalbeheersing van het Nederlands 0
BA-eindwerkstuk Nederlandse taal en cultuur 10

Gastschrijver

Vak EC Semester 1 Semester 2
Gastschrijver Bibi Dumon Tak 5

Arbeidsmarktvoorbereiding

Arbeidsmarktvoorbereiding bij Nederlandse Taal en Cultuur

Het programma

Het programma van de Nederlandse Taal en Cultuur kenmerkt zich door [inhoud aanvullen].
Hoe kun je de kennis en vaardigheden die je opdoet gebruiken? Welke richting kies je binnen je studie en waarom? Wat kan je al, en welke vaardigheden wil je nog leren? Hoe vertaal je de vakken die je kiest naar iets wat je later zou willen doen?
Op verschillende momenten tijdens je studie komen deze en andere vragen ter sprake. Mogelijk heb je er al eens met de studiecoördinator, de Humanities Career Service of met medestudenten over gesproken of gebruik gemaakt van de Leiden University Career Zone. Er worden allerlei activiteiten georganiseerd waarbij je kunt reflecteren op je eigen wensen en mogelijkheden en je de kans krijgt je te oriënteren op de arbeidsmarkt. Centraal daarbij staan de vragen: ‘Wat kan ik?’, ‘Wat wil ik?’ en ‘Hoe bereik ik mijn doelen?’.

Activiteiten

Via de facultaire website en de opleidingswebsite en e-mail word je op de hoogte gehouden van verdere activiteiten rondom de arbeidsmarktvoorbereiding. Het is raadzaam om de volgende activiteiten in de gaten te houden om je goed te kunnen oriënteren:

Eerste jaar

  • Kennismakingsgesprek studieadviseur

  • Mentoraat en [Academische Vaardigheden](Link naar academische vaardigheden cursus)

  • Studieloopbaanbijeenkomst met studentmentoren en docentmentor

  • Kennismaking Humanities Career Service

  • Voorlichting buitenlandverblijf

  • Leiden University Career Zone

Tweede jaar

Derde jaar

Transferable Skills

Voor toekomstige werkgevers is niet alleen de inhoudelijke kennis die je tijdens je studie hebt opgedaan belangrijk, zij letten ook op de zogenaamde transferable skills. Dit zijn bijvoorbeeld cognitieve vaardigheden zoals kritisch denken, redeneren en beargumenteren en innovatie, interpersoonlijke vaardigheden zoals flexibiliteit, initiatief, waardering van diversiteit en metacognitie en interpersoonlijke vaardigheden zoals communicatie, verantwoordelijkheid en conflictoplossing. Het zijn kortom vaardigheden die professionals nodig hebben om goed te kunnen functioneren.
Het is daarom belangrijk dat je tijdens je studie niet alleen zoveel mogelijk inhoudelijke kennis opdoet, maar dat je je ook bewust bent van de vaardigheden die je verworven hebt en de vaardigheden die je nog wil leren. In de vakbeschrijvingen in de Studiegids van Nederlandse Taal en Cultuur vind je, naast de leerdoelen van de vakken, ook een lijst met de vaardigheden waar aan gewerkt wordt.
De vaardigheden die je bij de verschillende vakken kunt tegenkomen zijn:

  • Samenwerken

  • Overtuigen

  • Onderzoeken

  • Zelfsturend leren

  • Creatief denken

Vakken [naam opleiding]

Uiteraard bieden vakken van het onderwijsprogramma je voorbereiding op de arbeidsmarkt. We streven er als opleiding naar om in elk semester het onderwerp op heel directe of minder directe manier aan bod te laten komen. Binnen Nederlandse Taal en Cultuur gebeurt dit binnen de vakken:
Eerste jaar

  • [naam vak](link naar vak in de Studiegids) en aangeven welke arbeidsmarkt gerelateerde onderwerpen aan bod komen (bv. samenwerken aan project x, pitchen van onderzoek of oefenen in beleidsstuk schrijven).

  • [naam vak](link naar vak in de Studiegids) en aangeven welke arbeidsmarkt gerelateerde onderwerpen aan bod komen
    Tweede jaar

  • [naam vak](link naar vak in de Studiegids) en aangeven welke arbeidsmarkt gerelateerde onderwerpen aan bod komen (bv. samenwerken aan project x, pitchen van onderzoek of oefenen in beleidsstuk schrijven).

  • [naam vak](link naar vak in de Studiegids) en aangeven welke arbeidsmarkt gerelateerde onderwerpen aan bod komen
    Derde jaar

  • [naam vak](link naar vak in de Studiegids) en aangeven welke arbeidsmarkt gerelateerde onderwerpen aan bod komen (bv. samenwerken aan project x, pitchen van onderzoek of oefenen in beleidsstuk schrijven).

  • [naam vak](link naar vak in de Studiegids) en aangeven welke arbeidsmarkt gerelateerde onderwerpen aan bod komen

Contact

Vragen over je (studie)loopbaan keuzes? Maak een afspraak met de loopbaanadviseur van de Humanities Career Service via 071-5272235, of met je studiecoördinator studiecoördinator.

Meer info

Onderwijs- en examenregeling (OER) van de opleiding Bindend studieadvies (BSA) Het programma BA-eindwerkstuk en afstudeereisen Aansluitende programma’s

Onderwijs- enexamenregeling (OER) van de opleiding

Voor eindtermen, regelingen en procedures van de opleiding kan de Onderwijs- en examenregeling (OER) worden geraadpleegd. Facultaire OER Opleidingsspecifiek deel

Bindend studieadvies (BSA)

Voor meer informatie over de BSA-regeling en het bijbehorende studiebegeleidingsplan, zie de BSA regeling online.

Het programma

De bacheloropleiding Nederlandse taal en cultuur bestaat uit een verplicht deel van anderhalf jaar (90 ec) en een keuze- en specialisatiedeel van anderhalf jaar (90 ec). De opleiding biedt 5 specialisaties: Moderne Letterkunde, Oudere Letterkunde, Taalkunde, Taalbeheersing en Media.

Eerste jaar: propedeuse
Het eerste jaar van het bachelorprogramma bestaat uit verplichte vakken op het gebied van de oudere en moderne letterkunde, taalkunde, taalbeheersing en media. Ook wordt aandacht besteed aan algemene vaardigheden die voor de rest van de studie van belang zijn. Daarnaast wordt in het eerste jaar tezamen met studenten van andere opleidingen Geesteswetenschappen het vak Inleiding Literatuurwetenschap gevolgd. Er is in het eerste jaar geen keuzemogelijkheid voor de student. Alle onderdelen van het eerste jaar moeten met een voldoende worden afgesloten om de propedeuse te kunnen behalen.

Tweede jaar en derde jaar
Het eerste semester van het tweede jaar is gevuld met vijf verplichte vakken uit bovenstaande specialisaties alsmede het kerncurriculumvak Wetenschapsfilosofie. In het tweede semester van het tweede jaar kiest de student zes vakken uit het aanbod van keuzevakken van de opleiding, waaronder in elk geval het vak Digital and Quantitative Skills.

In het derde jaar kiest de student definitief één van bovenstaande specialisaties. Een specialisatie bestaat uit twee keuzevakken van Nederlands, een mondeling specialisatietentamen en een bacheloreindwerkstuk. De specialisatiekeuze moet vóór het begin van het derde jaar kenbaar worden gemaakt aan de studiecoördinator door middel van het Studieplan. Het bacheloreindwerkstuk wordt in het tweede semester van het derde jaar geschreven, gecombineerd met het verplichte scriptieseminar.

Keuzeruimte
In het derde jaar heeft de student een keuzeruimte van 30 ec voor minor, stage of zelf samengesteld keuzevakkenpakket, en 15 ec voor vakken in aanpalende opleidingen zoals Taalwetenschap en Film- en Literatuurwetenschap. Voor meer informatie over de mogelijkheden voor invulling van deze keuzeruimte zie de e-Studiegids onder Minoren, keuzevakken en keuzepakketten.

Aanwezigheidsplicht
Tijdens werkcolleges geldt een aanwezigheidsplicht. Studenten mogen per college maximaal twee van de dertien bijeenkomsten missen (met een geldige reden, te melden aan de docent en de studieadviseur voorafgaand aan het te verzuimen college). Studenten die meer dan twee keer afwezig zijn geweest dienen contact op te nemen met de studieadviseur. Als er naar diens oordeel sprake is van bijzondere omstandigheden, kan van de regel om maximaal twee bijeenkomsten te mogen missen worden afgeweken. De studieadviseur neemt zijn/haar besluit in overleg met de docent(en) en maakt de uitkomst kenbaar aan de student en de betrokken docent(en).

Herkansingen tentamens
Bij elk vak staat de wijze van toetsing beschreven alsmede de wijze waarop er herkanst kan worden. Onvoldoendes (d.w.z. lager dan een 5,5) van schriftelijke (deel)tentamens moeten altijd herkanst worden. Voldoendes mogen in principe niet herkanst worden, met de volgende nadere bepaling: een student mag tijdens zijn hele bachelorperiode bij schriftelijke (deel)tentamens drie keer een voldoende herkansen. De herkansing van het desbetreffende vak / de desbetreffende voldoende moet plaatsvinden in hetzelfde studiejaar waarin de te herkansen voldoende is behaald. De herkansing van een voldoende moet tijdig worden aangevraagd bij de examencommissie.

BA-eindwerkstuk en afstudeereisen

Om te kunnen afstuderen moeten studenten het programma van 180 ec hebben behaald, voldoen aan de eisen van de keuzeruimte en, als onderdeel van het programma, hun BA-eindwerkstuk met succes hebben afgerond. Het BA-eindwerkstuk is een werkstuk van 10 ec dat in veel gevallen wordt geschreven in samenhang met een derdejaarswerkcollege. De opleiding hanteert een scriptiebegeleidingsplan.
Hierin staan alle stappen van het begeleidingstraject beschreven en het dient als basis voor de te maken afspraken tussen de beoogde scriptiebegeleider en de student. Tevens wordt er per sectie een (verplicht) BA-scriptieseminar aangeboden. Men is gerechtigd het bachelordiploma in ontvangst te nemen als alle onderdelen van het studieprogramma met een voldoende zijn afgesloten en de scriptie als voldoende is beoordeeld. De regeling van het BA-eindwerkstuk is te vinden op de website.

Specialisaties Studenten specialiseren zich in hun derde jaar in een van de vier specialisaties die de opleiding kent: Taalbeheersing, Oudere Letterkunde, Moderne Letterkunde of Taalkunde. De specialisatie bestaat uit het volgen van ten minste twee accentwerkgroepen, het afleggen van het accenttentamen en het schrijven van het BA-eindwerkstuk binnen de gekozen specialisatie. Het hebben gevolgd van de methodemodule op het gebied van de specialisatie behoort eveneens tot de vereisten.

Aansluitende Masterprogramma’s

Het bachelordiploma Nederlandse taal en cultuur geeft zonder verdere selectie toegang tot de eenjarige masteropleiding Neerlandistiek en tot de track Literature and Society. Europe and Beyond van de master Literary Studies. Studenten kunnen afhankelijk van hun resultaten, ook toegang krijgen tot een tweejarige onderzoeksmasteropleiding, bijvoorbeeld de research master Literary Studies of Linguistics. Wie een researchmaster wil gaan doen, dient via het online toelatingsportaal van Universiteit Leiden (uSis) een toelatingsverzoek te doen

Na het afronden van de eenjarige masteropleiding Neerlandistiek kunnen studenten die tevens een bachelordiploma Nederlandse taal en cultuur bezitten en die zich willen voorbereiden op een loopbaan in het voortgezet onderwijs, de lerarenopleiding bij het ICLON gaan doen (een jaar voltijd, twee jaar deeltijd) en daarmee een eerstegraads lesbevoegdheid in het schoolvak Nederlands verwerven. Als studenten in de keuzeruimte de educatieve minor (30 ec) hebt afgerond en en vervolgens het masterdiploma neerlandistiek hebben behaald, kunnen ze met een verkort traject de lerarenopleiding volgen (30 ec in plaats van 60 ec). Voor meer informatie over de verschillende masteropleidingen en de inschrijvingsprocedure, zie www.mastersinleiden.nl.